Het Aziatische lieveheersbeestje wordt invasief in Europa

Een soort lieveheersbeestje geïmporteerd door INRA in 1982 voor biologische bestrijding

Het Aziatische lieveheersbeestje, Harmonia axyridis, afkomstig uit Zuidoost-Azië, werd in 1982 door INRA naar Europa geïmporteerd. Het is sindsdien geproduceerd en gedistribueerd door verschillende Europese bedrijven, aan professionals (kas- en veldgewassen) en particulieren, voor biologische bestrijdingsdoeleinden. Want net als onze Europese lieveheersbeestjes, voedt het Aziatische lieveheersbeestje zich met bladluizen en andere kleine zachte insecten: het vermijdt daarom het gebruik van pesticiden, vooral in de context van biologische landbouw. Het is moeilijk te identificeren omdat het een grote variabiliteit van kleuren vertoont.

Het werd voor het eerst in het wild waargenomen in 2001, in België, en koloniseerde al snel het hele land. In 2004 werd het ook gevonden in het noorden en oosten van Frankrijk, evenals in het bekken van Parijs. In 2009 leek alleen het zuidwestelijke deel van Frankrijk nog vrij te zijn (zie de verspreidingskaart op de site van het Permanent Observatorium voor de Monitoring van het Aziatische Lieveheersbeestje in Frankrijk). Het is ook aanwezig in Nederland, Duitsland en Engeland, maar ook in Noord-Amerika.

Een invasieve soort, gevaarlijk voor inheemse lieveheersbeestjes

Het Aziatische lieveheersbeestje wordt in Europa als een invasieve soort beschouwd. Zeer goed bestand tegen kou, momenteel weinig of niet gepredateerd of geparasiteerd, aangepast aan vele omgevingen (grassen, loof- of naaldbomen…), is goed geacclimatiseerd en vermenigvuldigt zich zeer snel. Erger nog, het concurreert met inheemse soorten lieveheersbeestjes (met name ons 7-spotted lieveheersbeestje) en voedt zich zelfs met hun larven. Het brengt daarom het evenwicht van ecosystemen in gevaar en veroorzaakt als zodanig milieuproblemen.

Een lieveheersbeestje dat ook voor mensen vervelend kan zijn

Dit exotische lieveheersbeestje heeft nog twee andere nadelen: vanaf oktober kunnen honderden of zelfs duizenden individuen zich verzamelen en hun toevlucht zoeken in een schuilplaats om zichzelf te beschermen tegen de kou en de winter door te brengen: in een holle boom, onder een hoop dode bladeren, maar ook bij huizen. Samenwonen met mensen is niet gevaarlijk (geen gezondheidsrisico of materiële schade in huis), maar het kan vervelend, zelfs onaangenaam zijn (deze lieveheersbeestjes scheiden een gele en stinkende stof af als ze zich aangevallen voelen).

Een ander probleem is dat dit lieveheersbeestje zich in de herfst ook voedt met fruit, wat een bedreiging kan vormen voor boomgaarden of tuinen. In de Verenigde Staten hebben aanvallen op wijngaarden organoleptische defecten in de wijn veroorzaakt. In Europa lijkt tot nu toe geen soortgelijke aanval te zijn gemeld.

Deze invasie van Aziatische lieveheersbeestjes roept een ethische vraag op: heeft de mens het recht om in te grijpen zoals hij doet in ecosystemen? Hoewel biologische bestrijding op zich een groot goed is, waarom zou je dan potentieel invasieve uitheemse soorten importeren als we inheemse soorten hebben (Adalia bipunctatabijvoorbeeld een tweestippelig lieveheersbeestje dat interessant is om naar de tuin te lokken) om bladluizen effectief te bestrijden? Het Aziatische lieveheersbeestje is er, de schade is aangericht, er zijn lessen te trekken voor de toekomst.

U zal helpen de ontwikkeling van de site, het delen van de pagina met je vrienden

wave wave wave wave wave